Aan de hand van kerncijfers analyseert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), in het tweejaarlijkse rapport, de ontwikkelingen op diverse terreinen en geeft een beeld van de sociale situatie in Nederland.
Het aantal slachtoffers van criminaliteit daalt licht maar aanhoudend onder bijna alle bevolkingsgroepen, behalve onder homoseksuele mannen. Dat blijkt uit de nieuwe resultaten van ‘De sociale staat van Nederland’, een tweejaarlijks onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau.
In de vorige editie van ‘De sociale staat van Nederland’ zorgde seksuele oriëntatie niet voor significante verschillen in slachtofferschap. Wanneer gekeken wordt naar 2016 is dat wel het geval. Gewelds- en vermogensmisdrijven en vandalisme worden vaker gerapporteerd door homoseksuele mannen (24,3%) dan door heteroseksuele mannen (18,1%).
Onder bijna alle bevolkingsgroepen was een daling zichtbaar in het aantal slachtoffers van criminaliteit, behalve onder homomannen. Onder vrouwen lijkt seksuele oriëntatie op dit vlak niet of nauwelijks verschil te maken.
Een belangrijke kanttekening is dat de cijfers over seksualiteit pas sinds kort beschikbaar zijn, waardoor de consistentie van relaties tussen deze cijfers nog moet blijken.
Gerapporteerd slachtofferschap neemt volgens het SCP ook toe met het opleidingsniveau. Lager opgeleiden rapporteren het minste geweld, de minste vermogensmisdrijven en het minste vandalisme. De hoogst opgeleiden rapporteren de meeste vermogensmisdrijven en het meeste vandalisme.
Niet-westerse migranten en hun kinderen rapporteren ook vaker slachtofferschap; dit geldt alleen voor vermogensdelicten. Er is nauwelijks verschil tussen autochtone Nederlanders en westerse migranten.
Geen eenduidige verklaring
Het SCP formuleert in het onderzoeksrapport geen eenduidige verklaring voor deze cijfers. Enerzijds wordt gesteld dat de vaak relatief gunstige materiële positie van homomannen hen tot aantrekkelijke doelwitten maakt voor vandalisme en vermogensmisdrijven. Anderzijds stelt het SCP dat juist de homomannen overwegend in wijken wonen waar de risico’s op dit soort misdrijven lager zijn.
‘Het is bekend dat sommige agressie zich specifiek richt tegen homoseksuelen, maar we zagen hier dat de verschillen voornamelijk materieel slachtofferschap betroffen’, valt te lezen in het rapport. ‘Intolerantie kan mede een motief zijn voor vandalisme, maar voor beroving ligt dit minder voor de hand. Mogelijk speelt, net als bij hoogopgeleiden, de meldingsbereidheid mee. We zullen data over een langere tijd moeten afwachten om te zien in hoeverre het hier om een robuust resultaat gaat.’
‘Nederlanders staan bijna unaniem positief tegenover het opengestelde huwelijk’
Uit het onderzoek blijkt dat in 2016 volgens de politieregistraties het meest gediscrimineerd werd op grond van herkomst (39%). Op een tweede plek belandde het aantal meldingen en aangiftes van discriminatie op basis van seksuele oriëntatie of genderidentiteit (30%).
Huwelijk voor homostellen: goede zaak
Er kwam ook een zeer positieve bevinding uit het rapport. Zo bleek dat Nederlanders alleen maar positiever zijn gaan denken over het opengestelde huwelijk. De acceptatie daarvan is de afgelopen jaren gestaag toegenomen. Maar liefst 94% van de respondenten antwoordde op de vraag of zij een huwelijk tussen twee mannen of twee vrouwen accepteerden: ‘goede zaak’ of ‘maakt me niet uit’.