Stichting Platform Keelbos is een belangenorganisatie voor homo-ontmoetingsplaatsen (HOP’s) en bezoekers. De stichting heeft de afgelopen jaren een aantal klachten bij de Nationale ombudsman ingediend over verschillende overheidsinstanties en de wijze waarop wordt omgegaan met de belangen van bezoekers van HOP’s.
In mei 2017 opende de ombudsman een onderzoek naar aanleiding van twee klachten over Rijkswaterstaat (RWS) van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (I&W). Het onderzoek richtte zich daarnaast op de vraag wat de stichting kan en mag verwachten van RWS als het gaat om inspraak en participatie voordat RWS acties zoals snoei- en onderhoudswerkzaamheden onderneemt.
Het rapport is inmiddels afgerond. De Nationale ombudsman kan RWS volgen in haar redenering dat zij op een slagvaardige manier de locaties moet kunnen beheren en onderhouden. Daarom is het niet mogelijk om de stichting voorgaand aan feitelijke handelingen, zoals snoei- of (onderhouds-werkzaamheden, mogelijkheden voor inspraak en participatie te bieden. Het creëren en in standhouden van HOP’s maakt geen deel uit van de publieke taak van RWS. RWS wil op een efficiënte wijze haar onderhoudswerkzaamheden verrichten.
Tegen die achtergrond beschouwt de Nationale ombudsman het feit dat RWS aan de Stichting Keelbos voorafgaand aan feitelijke handelingen geen mogelijkheden voor inspraak en participatie aanbiedt, niet als onbehoorlijk overheidsoptreden. Wel is het van belang dat RWS duidelijk is in wat de stichting van haar organisatie in redelijkheid kan en mag verwachten.
De twee concrete klachten acht de Nationale ombudsman wel gegrond. RWS had een brief van de stichting eerder kunnen doorsturen naar een ander betrokken bestuurs-orgaan. Daarnaast had RWS eerder duidelijkheid kunnen verstrekken over het feit dat zij in voornoemde situaties niet voorafgaand met de stichting in gesprek gaat.
De Nationale ombudsman hoopt dat RWS en de Stichting Platform Keelbos, in een door RWS toegezegd gesprek, goede en eenduidige (werk-)afspraken hebben kunnen maken, waardoor het starten van formele procedures door de stichting minder vaak nodig is.